maandag 16 mei 2011

Oude vrienden


Oude vrienden




Een paar maanden geleden kwam ik haar vlakbij mijn huis tegen, ze was samen met haar zoon.
Ik had het druk, allerlei zaken te regelen, en vanuit mijn ooghoek zag ik dat zij het was toen ik voorbij fietste.
Nooit te druk om eventjes een praatje te maken en ik draaide om. 
Een kort gesprekje en er volgde een uitnodiging, “kom eens een keertje langs”, was wat ze uiteindelijk zei, we spraken af dat ik zou bellen zo gauw het beter weer was, een eindje verder in het voorjaar….
Vorige week heb ik dus de telefoon maar gepakt en gebeld om af te spreken, ik weet hoe het gaat met die dingen, ik zeg het wel maar komen doet het er meestal niet meer van, misschien wel herkenbaar voor meerdere lezers.
Deze keer ging het dus anders en ben ik wel gegaan, als jongen van een jaar of 18 heb ik bij ze in huis gewoond, ’t was aan de rand van de Peel. 
Ik was redelijk losgeslagen in die tijd en zwierf eigenlijk meer dan dat ik een vaste woon en verblijfplaats had, haar man had zich mijn lot aangetrokken en had me mee naar huis genomen, overigens zonder enige vorm van overleg, zo ben ik na vandaag achter gekomen.
Vier kinderen hadden ze en er was eigenlijk helemaal geen plaats maar toch werd ik er ergens ingepast, ik kreeg een kamertje aan de voorkant van het huis met het uitzicht op de Helenavaart, een heel andere wereld voor me en een heel ander soort gezin dan waar ik uitkwam.
Er werd gepraat over feminisme, politiek, en er werd gediscussieerd, fel en soms hoog oplopend, bij mijn ouders was er sprake van een heel ander soort rolverdeling, meer traditioneel, de man was de baas en de vrouw schikte zich.
Ik kan me nog wel herinneren dat als haar man weer een veeg uit de pan kreeg dat ik er dan gelijk ook een kreeg, ik was immers ook een man, weliswaar nog een jonge man, maar toch.
En het vormde me, naast mijn moeder is ze een van de belangrijkste vrouwen geweest in mijn leven en ik had een heilig ontzag voor haar, als ik heel eerlijk ben was ik eigenlijk ook wel een beetje bang voor haar, ze was een heel ander soort vrouw als waar ik aan gewend was en lief?
Ik geloof dat ze voor haar kinderen wel heel lief was maar verder, neuh, dat heb ik eigenlijk nooit zo kunnen ontdekken toen……..
En toen groeide het weer uit elkaar, ik zat middenin mijn puberteit en had een niet te stuiten zwerverslust, moest de hele wereld ontdekken, vond ik en ging verder op mijn weg, onnavolgbaar als ik was in die tijd….
35 jaar later zitten we weer tegenover elkaar in hetzelfde huis en ze is ouder geworden, milder, zachter en ze begint met dat kleine stemmetje van haar over zichzelf te vertellen…..
Ik luister, knik af en toe, geef een instemmend brommetje en zij doet haar relaas van de afgelopen 35 jaar in vogelvlucht, ondertussen ademt het huis en de omgeving me tegemoet en kijk ik om me heen terwijl ik luister naar hoe haar man op een avond zomaar zei dat hij ergens anders ging wonen.
Wat er toen met haar gebeurde en hoe bang ze in haar eentje was geweest in dat grote huis, dat het op een gegeven moment zover kwam dat men vond dat ze maar psychiatrische hulp nodig had en hoe ze dit had geweigerd en zichzelf weer had geheeld.
Hoe haar kinderen terecht waren gekomen en als een trotse grootmoeder over haar kleinkinderen, ik hoor van verlies van mensen die ik ook gekend heb en ze spreekt haar zorg uit over de natuur en over de diertjes.
Ze staat heel dicht bij de natuur deze vrouw, toen eigenlijk ook al maar het had mijn aandacht helemaal niet in die dagen…..sja….. 
Waar blijft de tijd en wat is er toch allemaal gebeurd eigenlijk, ik had er geen weet van…geen flauw benul eigenlijk
Naar buiten de tuin in, en hoe kan het ook anders, een natuurtuin met grote bereklauwen, judaspenning, lampionkruid en digitalis, een opgestapeld muurtje van stenen wat half overwoekerd is met wilde kamperfoelie en achteraan een kippenhok en nog verderop helemaal tegen de weide aan een boomhut, een hele grote met een smal trapje wat naar boven toe gaat. 
Eenmaal boven aangeland, een groot houten platform met daarboven een dak van golfplaten, ’t is half kapotgewaaid en eigenlijk deugt de constructie niet zo goed, zie ik in de gauwigheid.
Of ik er een keertje naar zou willen kijken vraagt ze en ik glimlach….”Een keertje wel” zeg ik, alsof we elkaar eigenlijk nog niet zolang geleden nog hebben gesproken, zo voelt het wel, heel vertrouwd.
We gaan zitten en er komt een hele grote kijker tevoorschijn, met een hele scherpe blik tuurt ze de weide af en af en toe mompelt ze iets onverstaanbaars en kijkt ze door het apparaat in de verte. 
Dan weer zit ze ineens scherp te luisteren en noemt me de namen van vogeltjes waar ik in een grijs verleden ooit van heb gehoord en ze zegt me dat ik beter moet leren luisteren, jammer genoeg ben ik een beetje machinedoof geworden door de jaren heen dus vaak moet ik me heel erg goed concentreren om iets uit het geroezemoes om me heen te halen maar ik knik instemmend en beaam het. 
Ik moet me beter bewust worden van het leven om me heen, ’t is een belangrijkheid, Natuur is de basis van alles, een langzaam groeiend besef……….’t Is veel groter dan ikzelf…….
We spreken af dat ze een keertje naar mijn tuin toe komt als we wat verderop in de zomer zijn…..
Er komen ook courgettes in m’n tuin en daar maakt zij dan weer een of ander afrikaans zuur van, ze krijgt er een hoop mee en in ruil daarvoor krijg ik dan weer wat potjes met zuur terug, zoiets.
Eigenlijk allemaal heel simpel en basaal,
Of ik een keertje een tekeningetje voor haar kleinkinderen wil maken, ik zeg haar nix te beloven, “We zullen wel zien”, zeg ik.
Langzaam loopt de middag tegen haar einde en het word tijd om huiswaarts te gaan, ook nog eventjes in mijn eigen tuintje kijken alvorens de donkerte van de avond weer in gaat vallen.
”Volgende keer praten we niet zoveel en moet je maar blijven eten”, dat zegt ze terwijl ze bovenaan het trapje voor haar overwoekerde huisje staat. 
Ik draai mijn fiets om, zwaai nog een keertje maar ze is alweer weg, opgeslokt door het groen waarin ergens een deurtje zit verstopt als je goed kijkt. 
Een positief gevoel, het was de moeite waard, en ik draai mijn trappers rond tegen de wind in.
In het verleden wonen niet alleen maar spoken, er waren ook nog mooie dingen, langzaamaan word de cirkel weer rondgetrokken en komt alles weer bij elkaar.
Het leven herneemt zijn loop weer…..

TM